zondag 23 september 2012

Bolivia


’s Morgens liep onze wekker al weer vroeg af want we zouden naar Copacabana gaan. Ons plan om zondagavond te verhuizen lukt niet daar we de grens met Bolivia over moeten en deze ’s avonds sluit. Toen we op de bus stapten controleerde een vrouw ons paspoort, maar daarnaast keek ze ook nog of we ons visum van Peru bij hadden. Dit is een wit klein papiertje dat op de luchthaven van Peru bij aankomst werd afgestempeld. Nena’s paspoort werd onderzocht maar dat zat er niet in. Even leek het alsof we de grens niet zouden overmogen, ons hart klopte in ons keel. Plots kwam er een Peruaanse man van het reisbureau tevoorschijn die alles wel in orde zou brengen. We konden opstappen. Hoe of wat er ging gebeuren, dat was ons nog een raadsel.

De bustocht duurde 3 uur. We hadden een uitzicht over het Titicacameer dat voor ons eerder op een zee leek dan een meer. Aan de oevers lagen vele veldjes waar er op zeer traditionele manier aan landbouw werd gedaan.

Aangekomen aan de grens moesten we uitstappen voor de paspoortcontrole. Daar wisselden we ook onze soles in Bolivians om wat eten en souvenirtjes te kunnen kopen in Bolivia. Nena had ondertussen een blanco papier gekregen dat ze had ingevuld. De douanier zag al snel dat dit niet was afgestempeld maar na hem wat centen voor te schuiven bracht hij dat vlug eens in orde. Nena was plots weer toegekomen op 15 augustus in Peru en onze paspoorten konden worden afgestempeld. Vervolgens moesten we stappen over de grens naar Bolivia om daar met een andere bus naar Copacabana te rijden. De doortocht naar Bolivia verliep vlot, beter dan bij een meisje dat niet binnenmocht omwege van een scheurtje in haar internationaal paspoort.



Het werd een hobbelige weg naar Copacabana (de hoofdweg lag onderbroken) langs huisjes en veldjes. Het Boliviaans landschap zag er –tot-dan-toe- nog niet veel anders uit dan het Peruaanse. In Copacabana konden we bij ons busagentschap ‘Tour Peru’ wat gerief achter laten dat we niet wilden meezeulen. Vervolgens verkenden we Copacabana, dat heel gezellig en relaxed was. Knusse zeteltjes, cocktailbars, een warme zon, een strandje om te chillen en  heel wat hippyvolk, … Na onze souvenirjacht namen we de boot naar Isla del Sol, het eilandje in het Titicacameer op Boliviaans grondgebied. Door wat tijdsgebrek hadden we maar één uur om het eilandje te verkennen. We wandelden de berg op het eiland op om een tempel te bezoeken. Aangezien we deze niet echt vonden en verschillende meningen hoorden over de afstand beindigden we onze zoektocht en gingen terug naar beneden. De boot maakte in het terugkeer een tussenstop waardoor we deze dan toch nog te zien kregen,  maar er niet echt van onder de indruk waren. 


We vaarden terug maar vreesden wat voor de tijd. De boot zou om kwart voor 6 aanmeren. Het uur dat wij aan de bus moesten staan. Wij kennen de Zuid-Amerikaanse leefwijze wel al een beetje en wisten dat deze bus nooit om 18u stipt zou vertrekken maar toch jaagden we ons ferm op. Na heel snel nog wat eten bijeen gesprokkeld te hebben, kwamen we aan het bureau van ‘Tour Peru’ waar we tevens ons gerief hebben achtergelaten. Er was noch een bus, noch één van onze zakken te bespeuren. Zelfs zat er niemand achter het bureau, alles lag er heel verlaten bij. In de straat stonden heel wat bussen vertrekkensklaar maar geen van ‘Tour Peru’. Terwijl Silke & ik wat mensen aanspraken kwam er iemand op zijn gemak uit een kamertje achter het bureau. De man kon Nena rustig vertellen dat de zakken met onze kledij in de kluis zaten en dat de bus er al stond maar pas om 18u30 zou vertrekken. Opgelucht konden we opstappen. Ik had al alle mogelijke scenario’s in mijn hoofd van hoe we uit Bolivia zouden geraken en of we ons gerief ooit nog zouden terugvinden.

De terugkeer naar Peru kon beginnen. Het grensverloop verliep deze keer wat beter. Maar de bus van Puno naar Cusco viel héél erg tegen. We betaalden de prijs voor een comfortabele slaapbus die zonder tussenstops naar Cusco zou rijden. Dit was het allerminst. De man van Tour Peru had ons redelijk bedrogen. De bus vertrok en na een half uur stopte deze al om mensen op te pikken. Ik sliep amper en bewaakte mijn rugzak goed. Bovendien hingen er allerlei geurtjes en schokte de bus hard heen & weer. Het was persoonlijk mijn (Lisa) ergste nacht tot nu toe hier in Peru. Doodmoe kwamen we in Cusco aan. We deden nog een dutje in ons eigen bedje en bereidden de projectdag voor de komende namiddag voor… 

1 opmerking:

  1. azooo de mensen daar omkopen! zo doen jullie dat daar :-)
    en amai, dat lijkt me wel een lastig tripje dat dan nog wordt afgesloten door zo'n helse busrit? ocharme! Op naar een betere uitstap?? :-)

    BeantwoordenVerwijderen